Oplaaiende verwachting

Ik zal er niet omheen draaien: ik ben niet heel enthousiast over de gang van zaken in mijn leven. Of beter gezegd: ik ben niet heel enthousiast over de gang van zaken in mijn gedachten en gedrag. In ieder geval niet op dit moment.

En misschien is het karaktereigen, maar als ik ergens niet enthousiast over ben, breng ik daar graag zo snel mogelijk verandering in.

Dus hoe, is nu de vraag, hoe kom ik uit mijn vicieuze cirkels, hoe richt ik mijn blik weer op God, hoe kunnen mijn droom en visie weer herleven?

Hoe gaat het vuur weer branden in mijn hart?

Verleden vrijdag, een vriend vraagt me of ik tijd heb. Nu ontbreekt het me heden ten dage niet echt aan tijd, aan zin des te meer.
Ik heb geen zin om weer verhalen aan te horen, weer opgesloten te zitten in een auto omdat mijn lichaam er niet in slaagt even normaal actie te ondernemen.
Toch zeg ik ja, want hij is mijn vriend, en ik weet dat hij het nodig heeft.
Na wat heen en weer gepraat besluiten we de boel eens lekker te laten ontvlammen: niet enkel opgekropte gedachtes en emoties, maar ook een subtiel hoopje hout.
Starend naar de rivier luister ik naar hem, raak doordrenkt van God en gevoel, word verwarmd door vriendschap en vlammen.
En zoals altijd laat mijn levensadem het vuur oplaaien. En plotseling herinner ik mij een andere avond, eveneens met vuur gevuld.

Ik zit aan het water, mijn trouwe metgezel naast mij. Ons hoognodige heiligheidsgesprek vlot maar niet. Voor ons vlamt vurig een kaars. Een schijnbaar eindeloze stilte, dan een vraag aan mij: ‘Durf je nog te dromen?’
Ze trekt haar vingers weg bij de vlam, teneinde verbranding te voorkomen.
Misschien heb ik me te vaak verbrand aan heilig vuur. Te enthousiast geweest, te veel gestreefd naar het Utopia dat komen zal, maar waar niemand echt geloof en waardigheid aan lijkt te hechten.
Misschien.
In dat geval ben ik klaar voor meer littekens.

GRACE